North Oxford Overseas Centre.

De laatste verhalen waren steeds over wat ik vooral in de weekenden heb meegemaakt. Ik zal ditmaal eens proberen te vertellen hoe het met me gaat.
Ik moet zeggen dat het verblijf hier in Oxford me erg goed bevalt. Vooral het huis waarin ik woon is erg gaaf. Ik huur een kamer bij het ‘North Oxford Overseas Centre’, oftewel ‘the NOOC’. Het centrum verhuurt kamers aan buitenlandse studenten en promovendi, waarbij men probeert om zoveel mogelijk nationaliteiten samen te brengen. De instelling heeft een Christelijke grondslag: “seeking to glorify God and demonstrate God's love in practical ways”, wat er in de praktijk alleen op neerkomt dat je een Holy Bible vind op je bureau als je voor het eerst je kamer binnenstapt en dat er een paar theologie studenten wonen, die waarschijnlijk worden voorgetrokken. De instelling bezit twee huizen, 107 Banbury Road en 117 Banbury Road. Ik vind het hier vooral leuk omdat het gezellig is om met mensen te zaniken uit verschillende landen en culturen. Het is altijd wel interessant om aan de keukentafel te praten over cultuurverschillen met bijvoorbeeld een Chinees en een Japanner. Gisteren bijvoorbeeld heb ik een hele discussie gehad met een theologie student over of religie te combineren valt met big bang en evolutietheorie. Uiteindelijk heb ik hem beloofd dat ik een boek ga lezen waarin evolutietheorie onderuit wordt gehaald, terwijl hij zich in het tegenovergestelde standpunt gaat verdiepen. Ik ben benieuwd…..
Verder hebben we hier in huis geregeld een diner party, omdat er iemand jarig is of als er iemand vertrekt. Dit is altijd zeer gezellig, omdat iedereen dat samen aan tafel zit.
Gisteren ben ik op bezoek geweest bij 117, waar de sfeer heel anders is, maar ook gezellig. In 117 heerst een plaag van Spanjaarden. Oftewel, naast Dimitri (een Griek) en ik zaten zo’n acht Spanjaarden aan tafel. En dan heb ik het nog niet gehad over de twee Mexicanen die ook Spaans praten. De voertaal is daar dus Spaans, maar ze zijn gelukkig niet te beroerd om te switchen naar Engels als je er bij zit.
Op mijn stage gaat het ook wel goed. Het is een heel interessant bedrijf, waar ik iedere dag wel weer verstelt van iets sta, omdat het er heel anders aan toe gaat dan bij onderzoek op een universiteit. Alleen schiet het met mijn stageopdracht naar mijn mening nog niet zo op, maar dat komt hopelijk wel goed.
Ik had trouwens nog beloofd dat ik eens iets zou schrijven over mijn stageopdracht. Hierover heb ik nog na gedacht, maar ik kan het niet zodanig op internet publiceren dat ik de confidentially agreement niet schendt. Ik vertel het nog wel eens.
Vandaag heb ik nog behoorlijk moeten lachen omdat mijn begeleider een flinke kater had. Hij was gisteren met zijn broer naar Tottenham Hotspur tegen Aston Villa geweest, waarbij ze het na de wedstrijd op een zuipen hadden gezet. Volgens eigen zeggen was hij vanochtend nog steeds dronken, en kwam de kater pas later. En zo iemand moet je dan demonstreren hoe je 300 nanoliter vloeistof in putjes met een doorsnede van 900 micrometer pipetteert. Omdat hij er zelf niet toe in staat was had hij op een gegeven moment maar iemand anders geregeld die het wel ff voor kon doen. Vanmiddag was ik die kater enigszins dankbaar, omdat hij mij geholpen heeft met mijn experimenten, aangezien hij toch niet geconcentreerd voor zijn computer een report kon typen.
Al weet ik nog niet wat ik komend weekend ga doen, ik verheug me er al op. Het is erg leuk om na een week werken er op uit te trekken om weer een andere plek te bezoeken.
Samengevat: Ik heb het hier erg naar mijn zin. De tijd vliegt voorbij; er is alweer een maand om.

Groeten Adrie